Entgen Luijten
De Stichting Entgen Luijten heeft dit beeld van Entgen Luijten laten maken door kunstenares Marij Heijligers.
Entgen Luijten was een ‘powervrouw’ avant la lettre. Ten onrechte staat Entgen te boek als de laatste in Nederland berechte ‘heks’. Wie zich in haar verhaal verdiept, merkt dat zij veel meer een toonbeeld van zelfbewustzijn, vastberadenheid en onverzettelijkheid is en een voorbeeldstellende vrouw. De Stichting Entgen Luijten stelde zich tot doel geld in te zamelen om de Limbrichtse kunstenares Marij Heijligers de opdracht te kunnen geven voor het vervaardigen van een standbeeld. Passend in de allure van het huidige Kasteel Limbricht dacht de stichting daarmee bij te dragen aan zowel historisch besef als aan maatschappelijk en moreel besef. De stichting heeft daarop op de binnenplaats van de voorburcht dit standbeeld opgericht. Een standbeeld van deze markante vrouw moet niet alleen de regionale historie levend houden, maar vooral recht doen aan de lessen die de geschiedenis ons leert. In het geval van Entgen Luijten stijgt de betekenis van haar verhaal ver boven de regio uit. Dit doel werd bereikt op zondag 9 oktober 2022 toen het beeld officieel werd overgedragen aan de Stichting Kasteel Limbricht, eigenaar van het kasteelcomplex en het Salviuskerkje. |
Wie was Entgen Luijten?
|
Entgen Luijten werd geboren in Geleen-Lutterade tegen het einde van de 16e eeuw. Zij was het oudste kind van Paesken Luijten, veldbode, en zijn vrouw Trincken. Entgen had tenminste nog twee zussen en twee broers. Over de eerste decennia van haar leven is geen informatie bewaard gebleven. Rond 1630 verhuisde ze naar Limbricht. Of ze daar werk gevonden had, of dat de verhuizing samenhing met haar huwelijk met Jacob Bovendeert, is onbekend.
Het echtpaar kreeg een dochter Grietgen, die rond 1635 geboren moet zijn. Roddel en achterklap Er werd in Limbricht geroddeld over Entgen dat ze een heks zou zijn. Wanneer die roddels precies begonnen is niet uit de archieven op te maken, maar in ieder geval was er rond 1648 een incident met de caféhouder Gort van Neuss. Entgen zou hem hebben laten drinken uit haar pot bier. Gort zou daarna ziek geworden zijn, en hij schreef dat toe aan hekserij door Entgen. Tot aan zijn dood bleef hij dat volhouden. In 1656 stierf Jacob, en moest Entgen het met haar dochter alleen zien te redden. Een neef van Jacob hielp haar met het bewerken van een stukje land. Twaalf jaar later kwamen er nieuwe incidenten. Entgen zou Aleth, de dochter van Ziets Bruggen lam en kreupel getoverd hebben. Nadat het kind brood met zout at, dat Entgen haar op verzoek van haar moeder gaf, was ze snel weer monter. Ziets bazuinde in het dorp rond dat Entgen een heks zou zijn. Entgen schakelde een advocaat in en startte een proces wegens smaad tegen Ziets. Deze traineerde het proces door telkens niet te verschijnen, en na negen maanden moest Entgen wegens geldgebrek het proces staken. Nadat Jacobs neef weigerde Entgen verder te helpen, ploegde Nol Geisgens het land van Entgen. Toen daarna zijn paarden en ander vee ziek werden en er dieren stierven, ging hij verhaal halen bij Entgen en mishandelde haar ernstig. Een klacht door Entgen bij de schout leverde niets op omdat Nol alles ontkende en er geen getuigen waren. In 1674 volgden er opnieuw diverse incidenten met vee van buren van Entgen. Een drastisch besluit Op 18 juli 1674 neemt Entgen een drastisch besluit. Ze laat zich op kasteel Limbricht gevangenzetten. Ze wil door de autoriteiten van alle blaam gezuiverd worden. Maar dit loopt anders. Hoewel er nooit een aanklacht tegen Entgen is ingediend, wordt ze ondervraagd, en vervolgens aangeklaagd voor hekserij. Liefst tien getuigen worden er gehoord. Géén van hen zegt dat Entgen een heks is! Toch vindt de openbare aanklager dat al zijn aanklachten bewezen zijn. Entgen neemt niet echt deel aan het proces. Ze stelt geen advocaat aan, wraakt geen van de getuigen en ondervraagt ze ook niet. Ook voert ze geen eigen getuigen op. Ze ontkent alles en daar blijft het bij. Zonder bekentenis kon destijds niemand veroordeeld worden. Daarom wil Tacken haar laten martelen. De schepenbank wil daarover eerst advies van een onafhankelijke externe rechtsgeleerde. Dat wordt de Sittardse jurist Nicolaas Helgers. Voordat deze Helgers zijn rapport op kan maken beweert Entgen nog dat ze door de duivel bezeten is. Ze wordt daarover ondervraagd, en verzoekt om een duivelsuitdrijving, maar die wordt haar niet gegund. Deze nieuwe informatie gaat ook naar Nicolaas Helgers, die op 6 oktober met een andere rechtsgeleerde in een Sittards café twee juristen treft die bij het proces betrokken zijn. Ze bespreken de processtukken. Helgers is dus niet meer onafhankelijk te noemen. Hij verklaart vervolgens in zijn rapport dat geen van de aanklachten van Tacken voldoende bewezen is. Dat Entgen bezeten zou zijn van de duivel vermeldt hij, maar hij verbindt daar geen conclusies aan. Entgen kan volgens hem (nog) niet gemarteld worden. Hij adviseert dat de schepenbank de getuigen opnieuw verhoort, en liefst ook andere getuigen. Voor Entgen een gunstige uitslag! Is dat dankzij of ondanks de Limbrichtse juristen die met Helgers overlegden? Moord of zelfdoding? Voordat nieuwe getuigenverhoren kunnen plaatsvinden wordt Entgen dood in haar cel gevonden. Twee schouwartsen, vergezeld van de schout en een schepen, constateren dat Entgen gewurgd is. Opnieuw vraagt de schepenbank advies aan Helgers. Hij verdraait het rapport van de schouwartsen en zegt dat Entgen zich zélf om het leven heeft gebracht, en daarmee eigenlijk haar schuld bekend heeft. Haar lichaam moet door de vilder van kasteel Limbricht met paarden naar Einighausen gesleept worden en daar onder de galg begraven. De kosten van het proces mogen volgens hem worden verhaald op de nalatenschap van Entgen. Zijn advies lost alle problemen voor de autoriteiten op en wordt dus gretig overgenomen. Missie mislukt De diepste wens van Entgen was dat haar naam gezuiverd zou worden, maar dat mislukte jammerlijk. Door haar dood uit te leggen als zelfdoding en als bekentenis van hekserij, bezoedelden de autoriteiten haar naam juist voorgoed. Publicaties Bovenstaande gegevens komen uit recent onderzoek van het procesdossier en veel andere archiefstukken. De tot voor kort de enige publicatie die daadwerkelijk teruggaat op het originele dossier van het proces tegen Entgen Luijten is van 1903. De auteur zag veel belangrijke details over het hoofd, omdat hij delen van het dossier niet kon ontcijferen. Zo miste hij dat het initiatief voor de gevangenneming van Entgen niet van de autoriteiten uitging maar van Entgen zelf. Ook zijn beschrijving van het rapport van Helgers is onjuist. Op deze foutieve basis is door anderen voortgeborduurd, zowel in de non-fictie als de fictie literatuur. Daardoor is een volledig verkeerd beeld van Entgen en van haar proces ontstaan. Dit is extra wrang, omdat de laatste wens van Entgen was dat de waarheid over haar verteld zou worden, en geen verzinsels. Zij verdient het dat haar ware verhaal nu bekend is geworden. Bron: Wim Donners: DOSSIER ENTGEN LUYTEN, ‘De heks van Limbricht?’.Monografieën uit het land van Sittard, deel 26 |